"Akkerbouwers in Drenthe van start met KPI’s"
In Drenthe is veel ervaring opgedaan met het belonen van melkveehouders voor duurzame prestaties in Duurzaam Boeren Drenthe. "Nu zijn ook akkerbouwers van start gegaan in dit project met een eerste pilot", aldus Anet Abbing. De eerste akkerbouwresultaten zijn eind mei besproken in een projectbijeenkomst in Exloo, nadat er intensief gewerkt is de afgelopen maanden om gegevens van de bedrijven op te halen. Sander Janssen, Roos Köbben, en Stan Los presenteerden uitkomsten op 10 KPI’s aan 13 akkerbouwers. Zij hadden die gegevens aangeleverd via het KPI-dashboard en volgens de datastrategie van KPI-k project. Akkerbouwers konden hun bedrijfsscores bekijken en hun resultaten vergelijken. Dat leverde waardevolle en kritische input.
Herkenbaarheid en invloed op score
Herkenbaarheid van KPI's is cruciaal voor de boeren. ”Hoe wordt een KPI berekend en hoe beïnvloed ik dat resultaat?” Om de KPI’s te kunnen beoordelen is niet alleen de KPI score nodig, maar ook de verklaring van een bepaalde hoge of lage score. Bijvoorbeeld door een groter areaal pootaardappels, of een relatief nat jaar, waarbij meer gewasbescherming nodig is.
Daarmee moet de aansluiting van de KPI's met de landbouwpraktijk beter worden, zodat ze daadwerkelijk kunnen bijdragen aan het realiseren van doelen en een verbinding maken tussen beleid en praktijk.
Perceel of bedrijf?
Wanneer staat het perceel centraal en wanneer de onderneming? Dit blijft een lastige vraag, ook vanuit de dataverzameling. Bij de pilotgroep is ingezet op het verzamelen van gegevens op perceelsniveau, en dat is uiteindelijk gelukt, maar vroeg wel een stevige inspanning. Roos zegt hierover: De betrouwbaarheid en het vele handmatige werk om de gegevens te verzamelen, roept bovendien de vraag op of dit leidt tot het gewenste resultaat. Er werden voorstellen gedaan om te werken met eenvoudigere bedrijfsscores. Een andere suggestie was om scherper te sturen op bijvoorbeeld de hoeveelheid gewasbescherming en aanvoer van meststoffen.
‘Goede landbouwpraktijk’
Geen jaar is hetzelfde en uitzonderlijke omstandigheden vragen om inventieve oplossingen. Als de aardappels er laat ingaan, zal de opvolgende groenbemester er ook laat ingaan. Als de ziektedruk vraagt om extra bespuitingen dan kan een KPI-resultaat voor middelengebruik zomaar een uitschieter vertonen. ‘Goede landbouwpraktijk’ zou daarom onderdeel moeten zijn van een KPI-systematiek. Dat zou kunnen door bijvoorbeeld te werken met relatieve referentiewaarden, dus ten opzichte van de groep, of met rollende drie-jaarsgemiddelden. Voor de aanpak met KPI’s betekent dit dat een vergelijking van de KPI-scores over de jaren belangrijk is.
Doorontwikkelen over en weer
Een belangrijk algemeen punt dat het kennisconsortium meeneemt is dat een betere visuele presentatie van de resultaten ook zal helpen om KPI’s onder de knie te krijgen. Sander Janssen stelt na een intensieve discussie-avond: ‘We hebben weer wat huiswerk te doen: trends over de jaren, verklaringen van KPI scores, dat zijn goede inzichten’. Er is ook nog wel huiswerk voor de boeren, de neiging is te vragen 'vertel me wat ik moet doen', maar dat is niet hoe KPI's werken, want de sector wilde juist doelsturing. Dat betekent dat de doelen en de KPI's gegeven worden, maar dat ondernemers vrij zijn hoe daar te komen. Dus ruimte voor vakmanschap en ondernemerschap, met extra kengetallen.
Bekijk hier de pagina over de Drentse pilot
Praat mee op het forum!
Heb jij een goed idee of wil je bijdragen aan de discussie?
Ook in deze serie
Blijf op de hoogte
Via de nieuwsbrief blijft u op de hoogte van de laatste ontwikkelingen. Dit kun je verwachten: Hoe kunt u als boer zelf aan de slag? Hoe zitten beloningssystemen in elkaar? Hoe wordt in de pilots met data omgegaan? Hoe zorgt het Ministerie voor integraal beleid?